Ver weg, maar toch dichtbij in Marokko

Onze eerste stappen in Afrika… In 2013 vliegen we naar Casablanca, de grootste stad van Marokko. Het is verbazingwekkend dat je na een paar uur vliegen een compleet andere wereld binnenstapt. Die van woestijnen, moskeeën, chaotische marktjes en kleurrijke steden.

De eerste ochtend dat we wakker worden in Marokko horen we de drukke geluiden van de straat langzaam het hotel binnendringen. Bij het ontbijt zitten we op kitscherige kussens en krijgen we thee uit zilveren kannetjes. Ja, we zijn er! De huurauto, die om onduidelijke redenen een bestelwagentje blijkt te zijn (iet ies a verrie goet caaar, sir!), wordt afgeleverd bij het hotel en we gaan op pad. De eerste stop in het verder niet bijster interessante Casablanca is een van de grootste moskeeën ter wereld. Een indrukwekkend bouwwerk!

We reizen via de hoofdstad Rabat verder naar Chefchaouen, ook wel ‘de blauwe stad’ genoemd. Waarom dat zo is wordt snel duidelijk, alle huisjes in de smalle straatjes zijn blauw geschilderd. In dit stadje en alle andere die we later bezoeken valt op hoe enorm kleurrijk het land is. De mensen lopen in vrolijk gekleurde kleding en de marktjes zijn een spektakel voor oren en ogen. Het contrast met het dorre binnenland waar we doorheen rijden is enorm. Ook in Fez, een van de beroemde koningssteden van Marokko, kijken we onze ogen uit. Het leerbewerkingsbedrijfje midden in de stad is bijzonder om te zien. In de buitenlucht worden in verfbaden stukken leer gewassen en van een kleurtje voorzien. Een smerig werkje. Al die chemicaliën en geuren kunnen niet erg goed zijn voor je gezondheid.

Na Fez rijden we verder het binnenland in, richting de woestijn. De weg is door de wind op sommige stukken met een laag zand bedekt. Het is sowieso opletten geblazen hier onderweg. Meerdere keren worden we door Kamikaze-piloten letterlijk van de weg gedrukt en in de steden geldt maar een regel: wees de brutaalste. Van dat laatste kan ik overigens de lol nog wel inzien.

Als we aan de rand van de Erg Chebbi-woestijn uitstappen waait het al wat harder. En als we op een kameel klimmen om verder te reizen naar een tentenkamp tussen de enorme zandduinen zien we bijna geen hand voor ogen meer door het opwaaiende zand. Gelukkig gaat de wind de volgende ochtend weer liggen en schijnt ‘gewoon’ de zon weer, net als alle andere dagen van deze vakantie. Daarover hoeven we niet te klagen. Wil je mooi weer, ga naar Marokko. Overnachten in de woestijn is trouwens heel bijzonder, omdat je hier heel veel sterren kunt zien.

We reizen verder door het binnenland, waar oranje-bruine bergen worden afgewisseld door groene valleien. Prachtig! De huisjes zijn gebouwd met materiaal uit de omgeving en gaan bijna naadloos op in het landschap. Als we weer richting naar de kust rijden maken we nog een tussenstop in Marrakesh, waar we ’s avonds op het centrale plein heerlijk gegrild vlees kunnen eten. De zee zien we pas weer in het vissersplaatsje Essaouira, hier lopen kamelen op het strand rond. Een vreemde gewaarwording. Nog vreemder zijn de boomgeitjes. Inderdaad, dat zijn geiten die in de boom zitten, om bepaalde vruchten te eten. We treffen ze onderweg naar onze laatste bestemming, de strandplaats Agadir. Hier dompelen we ons nog een paar dagen onder in een heel ander Marokko: dat van glimmende boulevards en dure restaurants.


Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s